Tijd om aan het idee te wennen dat ik een halve marathon zou gaan rennen was er niet: over twee weken zou ik al aan de start staan! De voorbereidingen begonnen meteen, mijn tante in Leiden geappt en eens kijken wat ik nog aan trainingen kon voorbereiden.
Bij de sportschool vroeg ik of ze mijn voedingsplan konden aanpassen richting de halve marathon, wat meer koolhydraten, wellicht ook meer eiwitten? “Natuurlijk kunnen we dat Lotte, we zullen t.z.t. even kijken, wanneer is de marathon?” Eh… over 12 dagen al… Maar hey, niets is onmogelijk, dus het voedingsplan werd aangepast.
Ik besloot om niet te gaan experimenteren met gelletjes, dit had ik nog nooit gedaan, dus wilde dit bewaren voor ergens na de halve marathon. Het enige dat ik verder deed, was drie keer in de week blijven hardlopen, soms een kort en snel rondje, en soms een iets rustiger langer loopje.
Een week voor de marathon besloot ik dat mijn generale repetitie zou zijn. Ik wilde 16-17km hardlopen, en proberen dit steady te doen op 6 minuten per kilometer. Dit ging heel erg goed, 17,5km in 1u42, gemiddeld 5.51 per km. Een perfecte generale repetitie, ik had er alle vertrouwen in dat ik de halve marathon uit zou lopen.
Gelukkig waren er nog vriendinnen die me met beide benen op de grond hielden: “Lot: 17,5 is nog geen 21. Het lijken er maar 3,5 meer, maar onderschat ze niet!” Tegelijkertijd liet ik me tijdens mijn rondjes in Eindhoven aanmoedigen door alles om me heen, zo liep ik regelmatig door het urban sports park, waar in graffiti staat: “never stop running”, YES, dat was goeie motivatie!
Donderdag 9 mei, Hemelvaartsdag, rende ik nog 5 km. Het plan was circa 7, maar ik ging erg hard en meer zat er niet in. Ik rende mijn 5km record, maar besloot ook dat ik het daar maar bij moest laten, en vol te focussen op zondag.

Geef een reactie